Als gevolg van de coronacrisis, wordt vooral bij zzp’ers en mkb-ondernemers, de stapel met onbetaalde rekeningen steeds hoger. Door het constant uitstellen van betalingen hopen de schulden zich op en zullen veel ondernemers de komende periode in ernstige betalingsproblemen komen. De Koninklijke Beroepsorganisatie voor Gerechtsdeurwaarders (KBvG) en de Vereniging voor schuldhelpverlening (NVVK) voorspellen dan ook een enorme golf aan incasso’s.
Van uitstel komt afstel
Een groot deel van deze ondernemers hebben de afgelopen maanden gebruik kunnen maken van betaalpauzes van banken en uitstelregelingen van de Belastingdienst. Dit betekent echter wel dat de schuldenberg steeds hoger wordt en het alsmaar lastiger wordt deze schulden op een later moment terug te betalen. Volgens Paul de Otter van de KBvG is “uitstel de slechts mogelijke oplossing die je kunt bedenken”. Zeker in tijden van crisis, wanneer er al minder geld binnenkomt, is het bijna onmogelijk om alles terug te betalen. Ondernemingen die de crisis overleven zullen hier dan ook nog lang last van hebben. Ondernemers kunnen naar verwachting nog tot 1 april 2021 gebruik maken van de verschillende regelingen. Wel moeten de ondernemers, zoals het er nu uitziet, de achterstanden van 2020, al vanaf juli 2021 in 36-maandelijkse termijnen gaan terugbetalen.
Niet-traditionele groep maakt grootste inkomensval
In een interview met BNR geeft Paul de Otter aan dat het opvalt dat de schulden bij getroffen zzp’ers en mkb-ondernemers veel harder oplopen dan bij de laagste inkomensklasses, waarbij de schulden normaal gesproken hoger liggen. ”Dat komt doordat deze niet-traditionele groep de grootste inkomensval maakt. Vooral ondernemers in de horeca, entertainment en nu ook de retail lopen veel geld mis. Bij mensen met een uitkering blijft het inkomen juist op peil.” Daarnaast meldt de NVVK dat ondernemers, die er voor de coronacrisis al slecht voor stonden, massaal gebruik hebben gemaakt van de uitstelregelingen en voorziet daarom grote problemen voor deze zwakkere ondernemers.
Laagterecord faillissementen
Ondanks de crisis en de sterke economische krimp is het aantal faillissementen in de afgelopen 20 jaar nog nooit zo laag geweest als in 2020. De rem op het aantal faillissementen is, zoals eerder genoemd, voornamelijk te danken aan de noodsteun van de overheid om bedrijven te compenseren. De Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) en andere bedrijfssteun heeft ervoor gezorgd dat het aantal faillissementen met 16 procent is gedaald ten opzichte van 2019.
Recordaantal bedrijfsbeëindigingen
Het laagterecord geldt echter niet voor alle sectoren. In de zwaar getroffen sectoren zoals de horeca en de categorie ‘cultuur, sport en recreatie’ is het aantal faillissementen juist respectievelijk met 13 en 25 procent gestegen. Daarnaast vertegenwoordigt het aantal faillissementen volgens ABN AMRO lang niet het totale aantal bedrijfsbeëindigingen. Veel ondernemingen hebben hun bedrijf in 2020 beëindigd zonder dat ze een faillissement hoefden aan te vragen. Het precieze aantal bedrijfsopheffingen is nog niet bekend, maar de eerste drie kwartalen wijzen op een stijging van 18,6 procent. Bij een gelijkwaardige stijging in het laatste kwartaal hebben in 2020 meer dan 136.000 bedrijven hun onderneming beëindigd. Dit is een recordaantal sinds 2013. Gezien de situatie zal het laagterecord van faillissementen van korte duur zijn. Uit onderzoek van het Verbond van Credit Management bedrijven (VCMB) blijkt dat tijdens de vorige crisis onbetaalde rekeningen de grootste oorzaak was van faillissementen. Een kwart van alle faillissementen was toen te wijten aan wanbetaling.
Bron:
BNR & ABN AMRO
